Door Patricia Jaspers
3 augustus 2017
Wat doe je als je kind niet meer thuis kan wonen? Naar een jeugdzorginstelling sturen, dat doe je niet zomaar. Het is vaak het laatste redmiddel, als het thuis echt niet meer lukt. Dat geldt ook voor Maria en haar gezin. Vanaf de geboorte zorgt Maria intensief voor haar tweeling. De jongens zijn heel lief, maar ook heel druk en luisteren slecht.
Ze wist dat de jongens niet ‘gewoon’ druk waren. Ze hadden de hele dag begeleiding nodig. Maria loopt al snel op haar tandvlees. Ze besluit hulp te zoeken. Na een toer langs zorgspecialisten en ggz is ze geen klap wijzer. De jongens zijn te jong voor een diagnose.
Op school gaat het ook moeizaam. Tot de jongens in groep 3 ritalin krijgen. Het helpt, maar naast de constatering van ADHD wordt er nog steeds geen diagnose gesteld.
Ondertussen heeft de jongste van de tweeling steeds vaker woede-uitbarstingen. Thuis loopt het gezin op zijn tenen. In groep 7 wordt eindelijk een diagnose gesteld: de jongste heeft ADHD en PDD NOS. De oudste alleen ADHD.
Na een gezinsbehandeling in Duivendrecht constateert Maria dat het niet langer gaat. Ze is na dertien jaar intensieve zorg aan het eind van haar latijn. ‘Met pijn in mijn buik heb ik hem verteld dat hij ging wonen op een jeugdzorginstelling.’
‘Hij had net groep 8 op het reguliere onderwijs afgemaakt, toen we hem vertelde dat hij ergens anders ging wonen. Op zo’n moment ga je dood. Het is alsof een deel van jezelf wordt geamputeerd. Het besluit druiste tegen ons gevoel in, maar ons gezin had een adempauze nodig. Het was ons laatste redmiddel.
Toen hij weg was, huilde ik veel. Ik voelde me zo schuldig. Ik ging door een rouwperiode; dit had ik me niet voorgesteld toen we aan kinderen begonnen. Ik heb veel gesproken met mijn man en onze gezinsbegeleider. Dat hielp. Mijn dochter zei in die periode: “Nu is hij uit huis en heb je het nog alleen maar over hem.”
Dat geeft aan hoeveel aandacht en zorg hij nodig had. We waren al dertien jaar lang intensief met hem en zijn broer bezig.
Toen mijn zoon uit huis was geplaatst, kwam ons gezin tot rust. Mijn dochter kwam weer van haar kamer. En ook mijn andere zoon, de oudste van de tweeling, kroop uit zijn schulp. Hij werd weer zichzelf en vroeg meer aandacht. Ik had voor zijn uithuisplaatsing een burn-out en werkte niet meer. Nu de spanningen weg waren, konden mijn man en ik weer bijtanken.
Maar dat mijn zoon in een jeugdzorginstelling woonde, betekende absoluut niet dat ik afstand van hem nam. Integendeel. Ik onderhield veel contact met hem. Belde hem, bezocht hem regelmatig en stuurde hem elke week een kaartje met een verhaal erop wat wij thuis deden. Aandacht via een omweg.
Ook bij de instelling hield ik een vinger aan de pols. Als mijn zoon appte: “Ik sla ze dood.” Of: “Ik loop weg”. Dan belde ik zijn mentor of pedagogisch medewerker, zodat iemand bij hem ging kijken.
Een dikke order vol met aantekeningen heb ik inmiddels. Er werkten veel personen rondom mijn zoon en door de verslagen te bewaren kon ik terugverwijzen naar bepaalde gesprekken en personen.
Zo’n logboek kan ik iedereen aanraden. Ik bleef achter dingen aan bellen. Soms moet je als ouder vechten om iets gedaan te krijgen. Mijn zoon ging bijvoorbeeld naar een woongroep waar de meeste kinderen niet lang naar school gingen, terwijl mijn zoon het juist goed deed op school.
Toen de meester ook nog eens overspannen raakte, kregen de kinderen alleen nog les van een pedagogisch medewerker op de groep. Ik wilde dat mijn zoon naar school ging. Na veel bellen en praten, lukte het me en ging hij vanaf de groep zelfstandig naar school.
Na 9 maanden was hij uitbehandeld op jeugdzorglocatie Bergse Bos. We waren tot de conclusie gekomen dat hij eigenlijk niet naar huis kon. Het alternatief was een instelling in Hoenderloo, dat vonden mijn man en ik te ver weg. Of een pleeggezin, maar dat was er niet.
Ik was al langer bezig om hem op een speciale school in Leiden te krijgen. Na veel moeite lukte het: hij mocht naar het Leo Kannercollege. Iedereen heeft daar een diagnose ASS en de juf begrijpt hem. We hebben inmiddels een gezinsbegeleider van het Centrum Autisme en nu woont hij thuis.
Doordat hij op school meer ontspannen is, heeft hij minder uitbarstingen thuis. Hij is gelijkmatiger en durft op school ook te laten zien als hij boos is. Zo hoef ik thuis niet meer alles op te vangen.
Ik zie uithuisplaatsing absoluut niet als het begin van hulpverlening. Het is een eindstation. We hadden hiervoor een lange geschiedenis aan hulpverlening en we konden als gezin niet meer verder. Deze uithuisplaatsing was voor ons de laatste greep.
Het heeft ons als gezin goed gedaan, maar mijn zoon heeft eronder geleden. Hij voelde zich afgewezen en heeft een trauma. We gaan nu samen door, met vallen en opstaan.’
Donderdag 3 augustus om 19.00 uur praat Maria samen met andere ouders verder over dit onderwerp in de community van iHUB. Heb jij ook ervaring met dit onderwerp? Deel je mening, tips en verhaal in de online community van iHUB.
disclaimer | privacyverklaring | cookies | copyright © 2019 iHUB Alle rechten voorbehouden.
8 juli 2019 om 11:38
Dit hebben wij ook meegemaakt.
Op school was onze zoon ook agressief, daagse uit, sloeg mij en onze jongste.
Na veel heen en weer geslinger, is, hij uit huis geplaatst
Leuk nee echt niet, beter en veiliger dat zeker wel
Nog steeds weten wij niet wat onze zoon heeft, hij laat zich niet echt zien.
Voor ons is het wel duidelijk geworden, dat hij nooit meer thuis kan wonen, hij voor de rest van zijn leven hulp nodig heeft, waarschijnlijk altijd in een woongroep zal verblijven.
Daar gaat het goed, gelukkig wel. Hij woont met meer jongeren met een beperking, dat is wel duidelijk.
Hij hoeft zich daar niet te bewijzen.
Onze normalen huisregels dat was voor hem een drama.
Kapot leeg waren we.
Nu met het balcontact, elkaar af en toe zien, gaat het beter, maar langer dan een dag is al moeilijk voor hem
Altijd druk, uitdagen uitsloven slaan alle aandacht moest naar hem, liegen.
De rust die we kregen lekker. Maar ook zo confronterend, dat het niet meer kon.
Kom voor hem niet meer, hij was tenslotte degene die uit huis wilde, hulp nodig had, maar hij is ook degene, die het daarmee laat afweten, geen behoefte heeft om daarover te praten, dan gebeurt het ook niet.
23 oktober 2020 om 14:04
Bedankt voor je verhaal Thea. Het lijkt me een dubbel gevoel: opluchting en verdriet. Veel sterkte met alles!
15 november 2020 om 09:32
Mijn 18 jarige zoon heeft ODD en ik kamp al sinds zijn vierde met z'n heftige gedrag wat zowel fysiek als verbaal agressief is. Meerdere keren hen ik hem de afgelopen 5jaar uit huis geplaatst en sinds april woont hij begeleid. Vorige week heeft daar een incident plaatsgevonden met een huisgenoot en nu ze de veiligheid niet konden garanderen moest hij twee dagen weg. Zelf heeft hij besloten niet meer terug te gaan naar de groep en verblijft sindsdien wisselend bij vrienden en stuurt mij allerlei verwijtende berichten dat ik niet om hem geef . ik voel me machteloos en schuldig maar kan het ook na al die jaren niet meer opbrengen hem te ondersteunen. Hij maakt z'n eigen keuzes maar wat is en blijft dit vreselijk moeilijk en verdrietig!